Potentiële onderzoekslocaties gewone grootoorvleermuizen in de gemeente Utrecht
Om de gewone grootoorvleermuis op te kunnen nemen in een Soort Management Plan (of SMP) is het onder andere van belang om de lokale populatie te monitoren om een eventuele toe- of afname tijdig te kunnen waarnemen. Daarnaast moet het duidelijk zijn welke werkzaamheden (die worden toegestaan onder een generieke ontheffing) een mogelijk effect zouden hebben op Staat van Instandhouding (SvI) van de aanwezige populatie gewone grootvleermuizen. Om beide te kunnen beoordelen is het van belang om eerst vast te stellen waar deze soort binnen de gemeente Utrecht voorkomt. Door zijn zeer zachte sonar zijn grootoorvleermuizen moeilijk waar te nemen met batdetectors en zijn methodes die worden gebruikt voor het monitoren van andere vleermuissoorten vaak niet of minder geschikt. Het monitoren van grootoorvleermuizen gebeurt nu dan ook hoofdzakelijk door zichtwaarnemingen, zoals die kunnen worden gedaan tijdens (kerk)zoldertellingen en door het tellen van overwinterende dieren in onder andere forten, bunkers en kelders. De gemeente Utrecht heeft aangegeven weinig zicht te hebben op de lokale populatie gewone grootoorvleermuizen. Hierdoor is het nu niet mogelijk om vast te stellen of deze soort onderdeel zou kunnen uitmaken van een generieke ontheffing op de Wet natuurbescherming. Er zijn wel waarnemingen van deze soort in zowel de stad als de directe omgeving bekend, maar dit betreffen vooral waarnemingen van overwinterende dieren in de forten die in en rondom Utrecht liggen. Waar de gewone grootoorvleermuizen ’s zomers verblijven is nu nauwelijks bekend. Ook is er geen goed zicht op de mogelijke aanwezigheid van kraamgroepen van deze soort in de gemeente Utrecht. De gemeente Utrecht verkent daarom de mogelijkheden voor het inzichtelijk krijgen van de eventuele aanwezigheid van een lokale populatie gewone grootoorvleermuizen. Omdat er nu nog maar weinig bekend is, wil de gemeente daarin stapsgewijs de mogelijkheden voor onderzoek en/of monitoring vaststellen, waartoe dit onderzoek een eerste aanzet is. Wanneer er meer zicht is op de omvang van de lokale populatie kan, hierop aansluitend, beter worden gezocht naar een goede manier om deze populatie over een lange periode te monitoren.
Dit rapport bevat een verkennend onderzoek om als eerste stap een aantal mogelijk interessante onderzoekslocaties voor de aanwezigheid van gewone grootoorvleermuizen in beeld te brengen. Het onderzoek beperkt zich daarbij tot een analyse van (historische) waarnemingen en een beknopte GISanalyse/beoordeling van religieuze gebouwen in de stad Utrecht. Het doel is om een lijst met onderzoeklocaties in beeld te brengen, die kunnen dienen als eerste uitgangspunt voor onderzoek naar (de eventuele aanwezigheid van) de lokale populatie gewone grootoorvleermuizen.