Keuringen mergelgroeves in N2000 gebieden in Zuid-Limburg in 2015 en adviezen voor de toekomst
In de Natura 2000-gebieden Bemelerberg & Schiepersberg (gebiedsnummer 156), Geuldal (gebiedsnummer 157), St. Pietersberg & Jekerdal (gebiedsnummer 159) en Savelsbos (gebiedsnummer 160), liggen een groot aantal mergelgroeves die belangrijk zijn voor de overwintering van drie Natura 2000-soorten van bijlage II van de Habitatrichtlijn: meervleermuis (Myotis dasycneme), ingekorven vleermuis (Myotis emarginatus) en vale vleermuis (Myotis myotis). Voor deze soorten zijn instandhoudingsdoelstellingen opgenomen in de aanwijzingsbesluiten en in de (concept) beheerplannen van deze Natura 2000-gebieden: voor de meeste gebieden geldt behoud van de kwaliteit van het leefgebied en het behoud van de populatie. Voor het Geuldal (157) is voor de vale vleermuis uitbreiding van de omvang en verbetering van de kwaliteit van het leefgebied evenals uitbreiding van de populatie als doelstelling geformuleerd. Het behalen van deze gebiedsdoelstellingen wordt gemonitord door het jaarlijks laten tellen en op naam brengen van de overwinterende vleermuizen in deze groeves door ervaren vrijwilligers. De tellingen van vleermuizen in de mergelgroeves gaan terug tot de jaren ’40 van de vorige eeuw en vormen één van de langst lopende monitoringreeksen van vleermuizen in Europa. Deze tellingen worden ook gebruikt voor de 6-jaarlijkse rapportages over de landelijke staat van instandhouding (SvI) van de soorten van de Habitatrichtlijn (op grond van artikel 17 van de Habitatrichtlijn). De tellingen zijn onderdeel van het Meetnet Wintertellingen Vleermuizen binnen het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM).