Pilot vleerMUS – Meetnet Urbane Soorten voor vleermuizen Utrecht 2016
Het urbane gebied in Nederland (en wereldwijd) groeit en speelt voor vleermuizen een grote rol als verblijfs- en jachtgebied. Tevens is het een zeer dynamisch gebied waarin veel ruimtelijke ontwikkelingen spelen. Om negatieve gevolgen op (beschermde) gebouwbewonende diersoorten, zoals verschillende soorten vleermuizen, te voorkomen én de ontwikkeling van urbaan gebied mogelijk te maken, wordt steeds meer gebruik gemaakt van zogenaamde gebiedsgerichte ontheffingen. Een onderdeel van dergelijke ontheffingen is monitoring van de staat van instandhouding van vleermuizen. Voor de bepaling van de staat van instandhouding is informatie over de (trend in de) populatieontwikkeling van groot belang (Limpens en Schillemans 2016).
De gemeente Utrecht werkt met een gebiedsgerichte ontheffing. In het verlengde daarvan heeft de Zoogdiervereniging (ZV) in opdracht van enkele gemeentes inclusief Utrecht, een monitoringsmethode opgesteld voor het monitoren van (de activiteit van) de populatie van vleermuizen in het urbane gebied (Limpens et al., 2015). Deze methode wordt ook wel vleerMUS genoemd: een Meetnet Urbane Soorten voor vleermuizen. De gemeente heeft de ZV gevraagd om een pilot voor vleerMUS in de gemeente Utrecht uit te voeren.