Informatie over effectiviteit
Veel gestelde vragen
Als de wilde zoogdieren er na de maatregel minimaal op dezelfde wijze en intensiteit gebruik van maken.
Er zijn meerdere manieren om effectiviteit te definiƫren; uiteindelijk komt het erop neer dat de soort waarvoor de maatregel wordt aangebracht, in dezelfde mate en over een lange periode gebruik blijkt te maken van de lokale situatie vergeleken met de oorspronkelijke situatie van voor de ingreep.
Vleermuizen vormen een gevoelige soort en er is nog relatief veel onbekend over hoe alle verschillende factoren gezamenlijk leiden tot een effectieve voorziening. Denk hierbij bijvoorbeeld aan microklimaat door de dag en het jaar heen, voedselbeschikbaarheid in de omgeving en grootte & vorm van de voorziening. Doordat vleermuizen over het algemeen ook een lange gewenningsduur vertonen voordat er gebruik gemaakt wordt van nieuwe voorzieningen zie je de effecten dus ook pas laat. Het is in het algemeen maar bij vleermuizen in het bijzonder een kwestie van experimenteren, monitoren en de hand aan de kraan houden.
Dat verschilt per zoogdier. Hiervoor zijn verschillende informatiepunten / websites:
Voor bever is dit bijvoorbeeld het kenniscentrum bever.
Voor wolf zijn dit BIJ12 en Wolven in Nederland.
Voor vleermuizen de VLEN website.
Hieronder staat een aantal documenten om u op weg te helpen. Vraagt uw specifieke situatie om een maatwerkoplossing? Raadpleeg dan een ecoloog / adviesbureau.
Kennisdocumenten (momentopname juni 2024)
Bever: https://www.kenniscentrumbever.nl/knelpunten-oplossingen
Schade voorkomen aan landbouw en vee: https://www.bij12.nl/onderwerpen/faunazaken/schade-voorkomen/
Ruimtelijke activiteiten: https://www.bij12.nl/onderwerp/natuurinformatie/kennisdocumenten-soorten-natuurbescherming/
Als ergens iets gesloopt of gebouwd wordt of als er een ontwikkeling gaande is kan er natuur verloren gaan. Om natuur te behouden hebben we in Nederland in de wet vastgelegd hoe we omgaan met veranderende situaties. Om ervoor te zorgen dat we kansen benutten om de natuur te verbeteren en te voorkomen dat wilde zoogdieren last van hebben van ingrepen moet men maatregelen nemen om hetgeen verloren dreigt te gaan te vervangen of verbeteren. Dit is de verantwoordelijkheid van de persoon of organisatie die het initiatief neemt voor de verandering.
Door natuur en ecologie aan het begin van een ontwikkeling mee te nemen in de plannen en daar niet mee te wachten totdat een en ander al in gang is gezet. Voor das en enkele vleermuizen zie ook de Kennisdocumenten van BIJ12: https://www.bij12.nl/onderwerp/natuurinformatie/kennisdocumenten-soorten-natuurbescherming/
Een populatie is een groep wilde zoogdieren van dezelfde soort in een min of meer afgescheiden gebied. In Nederland bepalen beleidsmakers van Omgevingswet wanneer er in Nederland sprake is van een populatie. Zoogdiervereniging hanteert de laatste jurisprudentie per soort om te bepalen wat de populatie is.