Laatvlieger

De laatvlieger (Eptesicus serotinus) is met zijn spanwijdte van 32-38 cm een van de grootste vleermuizen van Nederland. De laatvlieger heeft een tweekleurige vacht: koffiebruin op de rug en koffie-met-melk-bruin op de buik.
Uiterlijke kenmerken
De laatvlieger (Eptesicus serotinus) is een van de grootste vleermuizen van Nederland. De laatvlieger is te herkennen aan zijn tweekleurige vacht: koffiebruin op de rug en koffie-met-melk-bruin op de buik. Kenmerkend is ook zijn forse formaat. Het gewicht is zo'n 15-35 gram. De vleugels zijn relatief lang en breed met een spanwijdte van 32-38 cm. Gezicht, oren en vlieghuid zijn zwartbruin. De oren zijn relatief klein, meer lang dan breed, met vijf opvallende dwarsplooien. De tragus is donker, korter dan de helft van de oorlengte, stomp en licht naar binnen gebogen.
De laatvlieger kreeg zijn naam omdat hij 's avonds later uitvliegt dan een andere grote vleermuis: de rosse vleermuis. De rosse vleermuis werd vroeger ook wel de vroegvlieger genoemd. De laatvlieger heeft bredere vleugels en vliegt rustiger dan de rosse vleermuis. Kenmerkend zijn de relatief trage vleugelslag en de langzame vlucht in lange banen met wijde bochten en plotselinge uitvallen. Bij de laatvlieger zijn de laatste één tot twee staartwervels vrij waardoor de staart 4 á 5 mm buiten de staartvlieghuid steekt. Een ander verschil met de rosse vleermuis is dat de laatvlieger een echte gebouwbewoner is en de rosse vleermuis een boombewoner.
Afmetingen
gewicht: 15-35 gr
spanwijdte: 32-38 cm
Habitat
De laatvlieger jaagt boven open tot halfopen landschap, vooral in de beschutting van opgaande elementen zoals bosranden, heggen en lanen. Hij vliegt vaak op 5 - 10 meter hoogte, maar soms ook wel hoger tussen de boomtoppen. De laatvlieger vliegt meestal op enige afstand van de vegetatie boven (vochtige) graslanden en weilanden, langs kanalen en vaarten, in tuinen en in parken met vijvers. Bij windstil weer wordt het open gebied belangrijker.
Jachtgedrag
In dorpen en aan de rand van steden kan men in de schemering laatvliegers rond lantaarnpalen, in tuinen en in parken zien jagen. Soms jagen ze in groepjes. Laatvliegers vangen insecten hoofdzakelijk uit de lucht, maar pakken soms ook prooien van bladeren of van de grond. Ze vangen voornamelijk grotere soorten nachtvlinders, kevers en muggen.
Verblijfplaatsen
- Wisselende verblijfplaatsen
Kraamkolonies komen voor zover bekend alleen in gebouwen voor. Ze wonen in de spouwmuur, achter de betimmering, onder daklijsten en dakpannen of onder het lood rondom de schoorsteen. Soms worden ze ook op zolders aangetroffen. In vleermuiskasten worden laatvliegers zelden aangetroffen. Solitaire mannetjes worden soms achter vensterluiken gevonden. In de paartijd (september-oktober) worden vergelijkbare verblijven gebruikt. Er worden dan ook kleine groepjes laatvliegers op plaatsen gevonden waar ze in de zomer niet zaten. De (kraam)groepen bestaan meestal uit enkele tientallen en zelden uit meer dan 150 dieren. Laatvliegers gebruiken in de loop van het jaar een netwerk aan verblijfplaatsen, waarbij zij regelmatig tussen deze verblijfplaatsen verhuizen. Dat zijn niet alleen verhuizingen tussen verblijfplaatsen met verschillende functies (winterverblijfplaats, zomerverblijfplaats, kraamverblijfplaats), maar ook binnen zo'n functie. Als voorbeeld; tijdens de kraamtijd zullen ze af en toe van verblijfplaats wisselen. Dat zijn meestal ook echt verhuizingen tussen verschillende gebouwen. Wanneer echter een gebouw, zoals een kerkzolder, een groot aanbod aan plekken met verschillende eigenschappen biedt, vinden veel van die verhuizingen binnen dat gebouw plaats. De dieren verplaatsen zich dan binnen het gebouw en kunnen ze een langere periode in één gebouw verblijven. Laatvliegers zijn behoorlijk trouw aan hun netwerk van verblijfplaatsen. In vergelijking met andere gebouwbewonende vleermuissoorten lijken laatvliegers minder snel onbekende gebouwen als verblijfplaats in hun netwerk op te nemen. De jachtgebieden liggen in een straal van 1 tot 5 km (zelden meer) rondom de kolonie. Vliegroutes volgen waar mogelijk lijnvormige structuren, maar laatvliegers vliegen bij gunstige weersomstandigheden ook wel grote afstanden door open gebied. - Winterverblijfplaats
In de winter zoeken laatvliegers nauwe en relatief droge plaatsen op zoals spouwmuren, spleten en scheuren in zolders, oude kelders en soms ook kieren dicht bij de ingang van grotten. Omdat ze vaak diep weggekropen zijn is de kans dat ze op dergelijke plekken ontdekt worden relatief klein. Over de winterslaapstrategie is weinig bekend. Ze zijn van november tot maart/april vrijwel uit ons blikveld verdwenen. De laatvlieger geldt als een standvleermuis, die zich verplaatst over enkele kilometers, tot hooguit 45 km.
Geluid
Jachtvlucht: FM-QCF pulsen van 60-25 kHz met een pulsduur van 13 ms. In open ruimte fm-QCF-pulsen van 27-25 kHz. Hoogste geluidsterkte bij 25 kHz. Pulsreeks van 150 ms (ca 6,7 pulsen/sec.). Reikwijdte 20-50 m.
Waarnemingen doorgeven
- Staat van Instandhouding (2018): matig ongunstig
- Staat van Instandhouding (2013): matig ongunstig
- Rode Lijst NL Zoogdieren (2020): kwetsbaar
- Rode Lijst NL Zoogdieren (2009): kwetsbaar
- Rode Lijst NL Zoogdieren (1994): thans niet bedreigd
- Wet natuurbescherming: Europees beschermd (art. 3.5 t/m 3.9)
- Habitatrichtlijn (1992): bijlage IV
- Conventie van Bern (1982): appendix II
- Nederlands Soortenregister
Klasse: Mammalia (Zoogdieren)
Orde: Chiroptera (Vleermuizen)
Familie: Vespertilionidae (Gladneuzen)
Geslacht: Eptesicus
Soort: Eptesicus serotinus
-
2024 Rapportages onderzoek (pdf)
Afwegingskader laatvlieger
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Casade 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Talis 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Woningbelang 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Joost 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Thuisvester 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS gemeente Helpt Elkander 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS gemeente Amersfoort 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Woonkwartier2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS gemeente Den Haag 2022
-
2023 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS gemeente Utrecht 2022
-
2022 Rapportages onderzoek (pdf)
Werkbare mitigatiemaatregelen voor de laatvlieger
-
2022 Rapportages onderzoek (pdf)
Werkbare mitigatiemaatregelen voor de laatvlieger
-
2022 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS, Gemeente Utrecht 2021
-
2022 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Meetnet Urbane Soorten Thuisvester, 2021
-
2022 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Woningbelang 2021 Rapportage 1e meting populatietrend gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis en laatvlieger
-
2022 Losse artikelen - Lutra (pdf)
The monitoring of hibernating bats in marl quarries in the period 1979–2020
-
2022 Losse artikelen - Lutra (pdf)
Lutra Special 65 (1)- Preface
-
2022 Losse artikelen - Lutra (pdf)
Hibernating bats in Flemish marlland: an overview of the period 1989-2020
-
2022 Losse artikelen - Lutra (pdf)
Hibernating bats along the Dutch coast
-
2022 Losse artikelen - Lutra (pdf)
Automated long-term registration of bat activity at Fort Steendorp (Flanders, Belgium)
-
2022 Tijdschrift Lutra (pdf)
Lutra 65-1 2022
-
2021 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Gemeente Den Haag 2020 Meetnet Urbane Soorten
-
2021 Telganger
Telganger / 2021-2 / november
-
2021 Telganger
Telganger / 2021-1 / juni
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
Soorten voor beleid in Noord-Holland
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
Monitoren vleermuizen FSW Rapportage 2020
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS gemeente Tilburg 2018 en 2019
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
Populatiemonitoring vleermuizen Weezenlanden 2018
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS gemeente Utrecht 2018, Meetnet Urbane soorten voor vleermuizen
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS Gemeente Den Haag 2019 Meetnet Urbane Soorten
-
2020 Rapportages onderzoek (pdf)
VleerMUS, Gemeente Utrecht 2019. Meetnet Urbane soorten voor vleermuizen
-
2019 Rapportages onderzoek (pdf)
Onderzoeksagenda Laatvlieger
-
2019 Rapportages onderzoek (pdf)
Monitoren vleermuizen FSW Rapportage 2019
-
2019 Rapportages onderzoek (pdf)
vleerMUS, Tilburg 2017
-
2019 Rapportages onderzoek (pdf)
Staat van instandhouding Gelderland, factsheets voor 24 soorten