Op weg naar monitoring van foerageergebied van de meervleermuis in Natura 2000-gebied Rijntakken Analyse van een pilot in 2019
Voor de monitoring van het gebruik van het foerageergebied door de meervleermuis is in 2019 een pilot uitgevoerd om te beoordelen of de voorgestelde monitoringsaanpak goed uitvoerbaar is en of het haalbaar is om deze monitoringsaanpak uit te breiden tot een volledig meetnet voor de meervleermuis in Natura 2000-gebied Rijntakken. De pilot is uitgevoerd op twee verschillende ‘meetlocaties’. Een ‘meetlocatie’ was in de pilot steeds opgebouwd uit 5 ‘meetpunten’. Op elk meetpunt zijn 20 minuten lang opnames gemaakt met een batlogger tussen 1 en 2,5 uur na zonsondergang. De metingen tijdens de pilot zijn uitgevoerd in augustus 2019. Op de pilot-meetlocatie langs de IJssel is de meervleermuis op alle meetpunten waargenomen. Op de pilot-meetlocatie langs Neder-Rijn was veel minder activiteit dan op de meetlocatie langs de IJssel. Uit de pilot blijkt dat de soort met de gebruikte methode wordt waargenomen, maar dat het systeem nog niet verzadigd is. Hierdoor zal het mogelijk zijn om eventuele veranderingen aan te tonen. Verder blijkt, zoals verwacht, binnen het gekozen tijdsvenster een duidelijke relatie te bestaan tussen meervleermuis-activiteit en tijdstip ten opzichte van zonsondergang. Dit maakt duidelijk dat het belangrijk is om de meetpunten steeds zo goed mogelijk op hetzelfde tijdstip te bemonsteren. Op basis van de resultaten van de pilot is in overleg met het CBS en de provincie bepaald hoeveel meetlocaties nodig zijn om betrouwbare uitspraken te kunnen doen over de doelstellingen uit het aanwijzingsbesluit. Het meetdoel hierbij is om de trend te bepalen van de meervleermuispopulatie die in het Natura 2000-gebied Rijntakken foerageert. Voor de invulling van het meetnet zijn vervolgens in totaal 8 meetlocaties gekozen met 6 meetpunten per meetlocatie. In alle deelgebieden van Natura 2000-gebied Rijntakken: Waal, Neder-Rijn, IJssel en Gelderse Poort, liggen meetlocaties. De meetlocaties liggen tenminste 12,5 km rivierlengte van elkaar vandaan. Alle meetlocaties liggen (grotendeels) in gedeelten van Natura 2000-gebied Rijntakken die als habitatrichtlijngebied zijn aangewezen.